| intro |
Nadat ik de "oud-klas/schoolgenoten" pagina op mijn website had gezet,
heb ik van een aantal mensen reacties gehad, sommige in de vorm van
langere verhalen. Die gingen voor het merendeel over herinneringen aan
de Pieter Oosterleeschool. Bij velen speelde de herinnering aan "meneer
Beertema" (mijn vader dus) daarbij een rol. De uitgebreidere - en
deels heel persoonlijke - verhalen heb ik - uiteraard met
toestemming van de betrokkenen - op deze speciaal daarvoor bedoelde
pagina gezet. Ik hoop dat veel oud-P.O.-leerlingen die op deze pagina
terechtkomen de hier beschreven herinneringen als een leuke aanvulling
of versterking van hun eigen herinneringen zullen ervaren.
| jan van den berg |
Jan van den Berg: Herinneringen aan de Pieter Oosterleeschool
8 november 2006
Beste Piet,
Laat me je eerst vertellen dat ook ik op de kleuterschool in de Willem
Schoutenstraat heb gezeten. Ik woonde toen op de Hoofdweg 207 I.
Het gebeurde in die tijd - om maar eens wat Bijbels te blijven -
dat de klaarovers werden geïntroduceerd. Als kleuter in de hoogste klas
vond ik dat maar matig en stelselmatig probeerde ik hen dan ook te ontlopen.
Ze kwamen dan achter je aan en dat zorgde voor die heerlijke kinderspanning.
Mijn vriendje "Kees" woonde op het Magalhaensplein. Ik verliet de
kleuterschool een jaar eerder dan hij, maar later in de "zevende klas"
op de Pieter Oosterleeschool voegde hij zich weer bij mij. De tijd op
de P. O. herinner ik mij als gelukkig. Hoewel mijn moeder toen ik
in de eerste zat van mijn vader scheidde en in de zogenaamde "steun"
geraakte - en dat was bepaald geen vetpot -scheen voor mij
voortdurend de zon.
Ook ik ging later per autoped naar school, maar eerst haalde ik mijn
meisje, Ria Ruisaard, op - als Ria tenminste het meisje was dat
boven de ijzerwinkel op de Postjesweg woonde. Later in de vierde raakte
ik haar kwijt aan Attie, die haar op haar verjaardag een echte vulpen
cadeau gaf. Tegen zoveel geweld kon ik als armoezaaier niet op, ik
moest het van mijn bruine ogen hebben en inderdaad hij speelde dan
ook nog eens de Koekoekswals op zijn accordeon. Zijn moeder was een
rijzige, grijze en deftige vrouw die altoos op een bank bij het raam
zat als ik door Attie mee naar boven werd genomen. Attie had ook een
broertje en die ben ik weer later tegen gekomen, toen zijn dochters
bij mij als leerlingen in de klas kwamen. Zijn vader had zo'n mooie
Citroën (Traction Avant) en soms mochten we meerijden. In de
bakkerij stond natuurlijk een dikke banketbakker die ons stiekem van
heerlijkheden voorzag.
Voorbij de Van Spilbergenstraat op de hoek van de Orteliusstraat trof
je inderdaad dat winkeltje met katholieke beelden. Daar kon je pijpjes
krijt kopen voor een cent, als ik het wel heb. Ik vond het maar een
oneerbiedig winkeltje, want beelden leerden wij, waren taboe. Tenslotte
was er niet voor niets een beeldenstorm (1566) geweest en die kerk aan
de overkant was veel te donker, nee dan onze Jeruzalemkerk waar wij
zongen onder leiding van D. P. (Dikke Pietje) van der Togt tijdens
de Kerstvieringen. "O kerstnacht, schoner dan de dagen, hoe kan Herodes
't licht verdragen, ..." Ach, dat winkeltje, ik heb er later nog veel
aan moeten denken als ik het verhaal "Kruis of munt" van Belcampo
voorlas in de klas.
Terug naar de eerste klas van die lieve juffrouw de Jong. Zij troostte
mijn moeder toen die huilend vertelde over haar scheiding. Dat zag ik
vanuit de klas door het raampje van de deur. Ja, ja het begint een
beetje op een "Niek van de bovenmeester"-verhaal van W.G. van der Hulst
te lijken als ik niet oppas. In de tweede klas werd juffrouw de Jong
ziek. Zij werd vervangen door juffrouw Kommer die vlak om de hoek op
de Orteliuskade woonde, net als Menno Staneke, en die woonde al redelijk
dicht bij het zwembad, maar zwemmen deden wij pas in de vijfde in het
Sportfondsenbad.
In de vierde kregen wij juffrouw Fiege en dat was een teleurstelling
voor mij, want het scheen een wet van Meden en Perzen dat je in de
vierde een echte meester kreeg in driedelig pak, om met W. van Toorn
te spreken. Zij las een kinderachtig verhaal voor met een rare stem
- of was het andersom. Het heette Rozemarijntje. In dezelfde klas
raakte ik bevriend met een nieuw ingestroomde leerling: Bob Bakvis.
Hij werd mijn boezemvriend. Vanaf die tijd deelden wij bijna alles.
Hij woonde op de Hobbemakade waar zijn vader evangelist was van de
Gemeente van Christus. Bob leverde op zijn vorige school nog al wat
problemen op en zijn vader besloot hem naar zijn "eigen" oude school
van Van der Togt te sturen, want die zou hem wel klein krijgen wist
hij uit ervaring. Inmiddels was ik verhuisd naar de Akbarstraat in
Bos en Lommer en daarom bleef ik samen met Bob tussen de middag over.
Ook ene Ronnie Boekstal was daarbij. We sportten in de gymzaal
(basketbal in korven tegen de muur, geleerd van de gymmeester, meneer
Meis), deden tikkertje over de stellages van het opgeslagen podium,
sprongen slootje op de Orteliuskade en knokten met de katholieken,
want we leerden over matelaren, zoals Johannes de Bakker tijdens de
Tachtigjarige oorlog. Later wisten wij onze gevoelens van "afkeer"
te sublimeren door tegen de katholieken te gaan voetballen. En wat
kon je op het plein voor de kerk heerlijk slagballen. Het thuishonk
was de put!
Op de verjaardag van Van der Togt togen wij allen naar de gymzaal
alwaar "The Kid" van Charlie Chaplin werd vertoond. Wij lachten om
die sympathieke en onhandige zwerver, maar huilden ook tranen met
tuiten, temeer daar het verhaal net zo mooi afliep als Kruimeltje.
De vijfde klas bij meester Beertema van wie ik in de vierde al Frans
kreeg - na schooltijd wel te verstaan - begint met een
zwart gat. Misschien kampte Van der Togt met personele problemen,
want tijdens het schooljaar na het eerste trimester stond plotseling
ene meneer Wiersema (of Wiersma) voor onze neus. Overigens, meester
Beertema gaf ook nog aan creatieve kinderen en liefhebbers tekenlessen,
mijn oudere broer kan daarvan getuigen. Meneer Wiersema speelde viool,
d.w.z. hij pijnigde met de strijkstok snaren en ons gehoor, en vooral
bij "Ruwe stormen mogen woeden" en het lied dat wij zongen voor de
zeelui ("voor hen die zijn in nood op zee") tijdens een storm gaf
menige snaar de geest. Bob en ik mochten dan nieuwe snaren kopen in
de "Janneef" (Jan Evertsenstraat).
In de zesde belandden wij bij meester Bakker. Deze meester beschikte
over een heuse broedmachine met echte eieren erin. De kuikens belandden
na enige tijd in het kippenhok op de schoolplaats, waar twee (!)
kastanjebomen stonden. Ook moet er in zijn klas een terrarium gestaan
hebben, want ik kan mij herinneren dat wij met ringslangen om onze nek
gelopen hebben, waarschijnlijk om te meisjes te behagen.
In die tijd moet er ook een feest geweest zijn op school. De meesters,
w.o. ene Van Bommel, speelden cabaret en brachten een lied ten gehore,
waarin het te laat komen van een leerling en alle andere zaken waarin
leerlingen kunnen falen werden toegeschreven aan het volgende refrein:
"De bomen van de overweg die hebben het gedaan, die zijn toen dicht
gegaan ...". Ik heb altijd aan dat lied moeten denken als ik in Amsterdam
voor één van de vele bruggen stond te wachten. Attie
speelde zijn koekoekswals. Het was wonderlijk dat je met een accordeon
kampioen van Amsterdam kon worden, want dat was hij.
Het witte feestboekje, het rapportenboekje van "J.Uffen en M.Eesters"
bevatte inderdaad karikaturen (een groot hoofd onder een klein lichaam)
van de meesters en de jufs. Meester Beertema werd afgebeeld met een
grote kuif en een pijp in de hand of in de mond met daaronder de tekst:
"Papa fume une pipe". Ik herinner mij ook nog de afbeelding van juffrouw
Sinnige met een streng brilletje. Helaas dat rapportenboekje is verdwenen.
Van Bommel verving later Bakker die zo nodig voor drie jaar als zendeling
naar Nieuw Guinea moest om de Papoea's voor het christendom te winnen.
Later ben ik hem nog wel eens tegen gekomen.
Omdat mijn nieuwe vader vond dat ik moest gaan studeren belandde ik,
alweer samen met Bob, in de zevende bij Van der Togt. Er werd veel
gezongen en de Toetsnaald werd er ingeramd. Wat heb ik toch veel geleerd
op de Pieter Oosterleeschool. Zo'n geschiedeniscanon zou op de Pieter
Oosterlee een absoluut lachtertje geweest zijn.
Ik weet niet of het aan Bob en mij lag, maar ook Van der Togt werd ziek.
We hebben toen zeker drie vervangers weggepest, maar de laatste, mevrouw
Kaay, liet zich niet kisten. Zij deed haar naam eer aan. Kees, mijn
vriendje van de kleuterschool met wie ik weer in de klas zat, werd op
een dag hardhandig door de meester van de vijfde, meester Brouwer, aan
zijn voormalige, keurige gedrag herinnerd. Terwijl hij hem aan zijn
hoofd optilde, werd hem toegesist: "Je bent veranderd ventje!" Hij wist
niets anders te antwoorden dan: "Ja, meester." Gelukkig kende ik het boek
"De avonden" van Reve nog niet, want anders had ik gevreesd dat Kees'
nekkie "knak" gezegd zou hebben, maar alles liep goed af in die tijd.
Zelfs toen Niek van de bovenmeester zijn psalmversje niet goed geleerd
had en zijn vriendje Jan daarvan het slachtoffer dreigde te worden,
brachten inkeer, een stevig gebed en een schoolmeester met het hart op
de juiste plaats verlossing.
De operette o.l.v. de herstelde Van der Togt was gelukkig een succes.
Ik was zigeunerhoofdman: "Wij zijn de zigeuners uit Bojarenland", maar
heb de uitvoering in Bellevue niet meegemaakt. Geveld door een infectie
aan een dijbeen lag ik in bed. Ik kon geen poot verzetten. Gelukkig heb
ik andere goede herinneringen en natuurlijk het "Getuigschrift", bij het
verlaten van de school uitgereikt aan "Jan van den Berg, leerling der
Pieter Oosterleeschool". Vlijt, orde, bouwen, wakkerheid, verzorgen en
trouw sieren het getuigschrift terecht, want we kregen het allemaal mee.
Hulde aan hen die dat met liefde doorgaven.
De wegen van Bob en mij liepen uiteen, maar na ongeveer twintig jaar
kreeg ik een klein blond mannetje in de brugklas met de naam Bob Bakvis.
Vanaf die tijd zijn wij weer bevriend geraakt en zijn wij jaren geleden
samen naar een reünie op de Pieter Oosterleeschool geweest. Juffrouw
Fiege was toen het hoofd der school.
Blij verrast was ik, toen ik "De Rivier" van Willem van Toorn in handen
kreeg. Oude tijden herleefden, en zo waar, enige jaren daarna kwam ik
zomaar Piet Beertema in de krant tegen. Afijn, de rest weet je.
Tot slot nog enige aanvullingen voor je site:
Het jongetje op de foto van de kleuterschool (bovenste rij, vierde van
rechts, naast de juf) heet waarschijnlijk Chris. Op de laatste foto staat
met zekerheid Van der Togt, dat vraagteken kun je weghalen. Bob Bakvis
was de eerste in de klas die een echte jeans droeg, ondanks het feit dat
Ronnie Boekstal voor zijn verjaardag stekeltjeshaar (bebop) en een zwarte
spijkerbroek met groene naden had gekregen. Op het leertje stond JSB.
(Je stinkt behoorlijk fluisterden wij allen, want hij was sterk.)
Reactie van Piet:
Jan, bedankt voor dit prachtige verhaal! Daardoor is er weer een wereld
aan herinneringen aan de Pieter Oosterlee voor me opengegaan; en hopelijk
ook voor andere oud-P.O.'ers. En dat "brutaaltje" over wie ik schreef zou
best wel eens Bob Bakvis geweest kunnen zijn. Maar misschien komt hij dat
zelf nog wel eens vertellen... of tegenspreken.
Naschrift:
Op dat "mijn meisje, Ria Ruisaard" mailde Jan nog een leuke aanvulling:
'Je bent Ria dus op het spoor. Ik ben erg benieuwd of Ria de Ria is die ik
op het oog heb. Als dat het geval is begrijp ik nu eindelijk waarom ik
vroeger altijd met volle borst "Er ruist langs de wolken, een lieflijke
naam" heb meegezongen.'
Jan is de enige met wie ik nog persoonlijk contact heb gehad: hij is een
keer bij mij op bezoek geweest, wat een uiterst plezierige ontmoeting is
geworden. Ik herkende Jan meteen, alsof hij sinds de lagere school geen
dag ouder was geworden. Heel bijzonder. Van een - wel gepland -
tegenbezoek is het helaas nooit gekomen, want kort daarvoor, op 18 april
2009, is Jan overleden.
| ria ruisaard |
Ria Hikke - Ruisaard: Herinneringen aan de Cornelia Bosschool en Pieter Oosterleeschool
10 juni 2008
Cornelia Bosschool
De exacte datum van de kleuterschoolfoto is 4 oktober 1948; ik ben mijn
foto weer tegengekomen. Het is wel lachen hoor, als ik nu naar die foto kijk,
bedenk ik dat al die jonge kinderen nu bijna allemaal 65+ zijn of dit jaar
worden. De namen van kinderen op die foto had ik je al doorgegeven, voorzover
ik die nog wist.
Het is toch grappig dat op de achterste rij helemaal links Henk Brinkman staat.
Hij is bijna 8½ jaar een collega van mij geweest; dat hebben we een paar
jaar geleden pas ontdekt, toen het gesprek over het groene bruggetje van de
Admiralengracht ging - hij moest daar overheen om naar de kleuterschool
te gaan, en zo ontdekten we dat we bij elkaar op dezelfde schoolfoto stonden...
Hetzelfde gold voor Wil Kole-Groen, zij staat naast mij op de foto. In 1997
werkte zij in Utrecht bij een bedrijf en ik kwam daar tijdelijk als uitzendkracht
werken. Ik herkende haar meteen. En verleden jaar kwamen Wil en ik elkaar weer
tegen in het woonzorgcentrum in Amsterdam, waar mijn vader en haar moeder op
dezelfde afdeling verpleegd werden. Er schieten mij geen andere namen van
leerlingen meer te binnen.

Hierbij nog een foto van de kleuterschool, die heb ik twee jaar geleden gemaakt,
tijdens een nostalgisch rondje door Amsterdam-West. De echte ingang van de
kleuterschool is in de Willem Schoutenstraat. Naast de kleuterschool was
vroeger een politiebureau en de kleuterschooljuffrouw (ik weet niet meer wie)
maakte de kinderen bang door op het schoolbord te kloppen. Ze zei dat dan de
politie zou komen als we zo luidruchtig waren!!! Er was in een andere klas ook
nog een juffrouw Schulpzand, mijn man heeft bij haar in de klas gezeten.

Op het Magalhaensplein (tweede foto) was het gezondheidscentrum. Daar moest
je o.a. naar de schooldokter en ook naar de nare schooltandarts met een
verschrikkelijke boor. Ik heb daar toen mijn fobie voor de tandarts en de
boor aan overgehouden. Ze zei dat ik met snoep naar bed ging, mijn tanden
en kiezen waren slecht. Nou mijn ouders hadden het niet zo breed en zij gaven
ons geen snoep voor het naar bed gaan, 's winters wel levertraan!! Het kan
zijn dat in dit gebouw een dependance was van de kleuterschool. Verder kan
ik mij van de kleuterschooltijd weinig herinneren.
Tegenover de kleuterschool was toen de Montessorischool. Om de hoek, in de
Vasco da Gamastraat, was het gebouw de Zuidpool, waar op de hoogste etage
meneer Van der Togt o.a. op woensdagavond met zijn koren oefende.
Pieter Oosterleeschool
Mijn Pieter Oosterleeschooltijd is van 1949-1955 geweest (ik heb mijn
schoolrapport erbij gezocht) en dit is voor mij heel fijne tijd geweest,
mede door de leraressen, leraren en de leerlingen. Je ging met z'n allen
heel leuk om.
We hebben bijna elk jaar toneel gespeeld; ik vond dat reuze leuk, ik ben
zelfs in de eerste klas kikker geweest en er was een ooievaar in het spel
(en ik dacht dat Jan van den Berg voor ooievaar speelde). In de zesde klas
repeteerden wij voor de uitvoering van Prinses Rozelein, wij mochten aan de
uitvoering later in het jaar meedoen, ook al was je van school af was ons
beloofd, maar toen ik van school ging heb ik niets meer gehoord. Veel van
de liedjes die we toen voor het toneelspel leerden, kan ik nog zingen.
In klas 1a - op de begane grond - zat ik bij juffrouw
A.A.J. de Jong, zij was een hele lieve juffrouw. Zij kwam altijd
lachend naar school gefietst. 's Winters had ze een soort zwartleren jas
aan, alsof ze op de motor kwam. Het klaslokaal kan ik mij dus nog goed
herinneren, want ik ben tot ongeveer 1968 voor kinderen van 4 tot 8 jaar
eens in de twee à drie weken zondagsschooljuffrouw geweest, o.a. met
Lenie Torenstra en Ellie van Elzas. En dat was in dat klaslokaal op de
begane grond. Vanaf 8 jaar ging je dan naar de groten in de gymzaal.
Later ging je naar de jeugdkerk, o.a. in het gebouw Salem (Cabralstraat) of
in het gebouw Geuzenhof op de Geuzenkade bij de Wiegbrug. En daar kwam ik
Van der Togt nog heel vaak tegen, maar ook veel oudleerlingen.
In klas 2b zat ik bij juffrouw B.K.K. Sinner, zij was streng, we
moesten hardop de tafels van vermenigvuldiging opzeggen en dan sloeg zij
met een liniaal de maat op de schoolbank.
In klas 3b en klas 4 zat ik bij juffrouw D.A. Fiege. Ik
vond haar ook heel aardig. Ze gaf heel goed les.
In klas 5 zat ik bij meneer P. Beertema t/m 1e rapport, ook ik
heb Franse les van je vader gehad. Daarna kwam meneer P. Wiersema,
ik was niet zo weg van hem en ook niet van zijn vioolspel en hij praatte
met "consumptie".
In klas 6 zat ik bij meneer D.P. van der Togt, ja die
man vond ik geweldig, hij was een echte kindervriend. Hij had ook een heel
lieve vrouw. Ik ben wel een paar keer bij hem thuis geweest, ook later
toen ik al van de P.O.-school af was.
Ik kan je helaas niet helpen aan het rapport van J. Uffen en
M. Eesters. Mijn ouders hebben het wel gehad, maar dat is niet meer
terug te vinden.
Ik kan mij herinneren dat we met schoolreisje (5e klas???) naar de
jeugdherberg De Heidebloem in Soest zijn geweest. We zijn naar het Birkhoven
Natuurbosbad gegaan om te zwemmen, maar daar waren ook heel veel kikkervisjes.
In de 6e klas zijn we met schoolreisje naar De Wiekelaar in Loenen
(Veluwe) geweest, daar had je ook watervallen in het bos, waar je overheen
kon springen en als dat je niet lukte, haalde je gegarandeerd een stel natte
voeten. De twee foto's zijn van dit schoolreisje, in 1955.

Op de eerste foto zitten o.a. meneer Brouwer, rechts Greta Keizer, Nel
Pekelharing, Ingrid Lipla, Fietje Boonemmer, rechts met de linkerarm op de
grond Bob Bakvis, voor hem zit Carla Spieker. In het midden staat Jobke Bakker,
het dochtertje van de heer Bakker, ik zit rechts van haar, José
Boekhoff zit links van haar en houdt haar rechterhandje vast, links van
José zit Marijke Klop, daarvoor rechts zit Joop Hodde (†)
en links Han Oudshoorn. Voor de rest weet ik het niet meer zo goed.

Op de tweede foto met de klok mee: bovenaan met halflang donker haar Mary
Verhoeven, dan met kort haar ikzelf, de krullebol die gezoend wordt is Elsje
Kouwenhoven (Kaldenhoven?), de jongen die zoent is Ronnie Boekstal en de
lachende jongen met streeptrui is Bob Bakvis, rechts van hem is Jeanne Horstman.
Ik dacht dat we op de Pieter Oosterlee ook een aquarium met kikkerdril
hadden, dat staat me nog bij.
Ik zal even namen van klasgenoten oplepelen die mij te binnen schoten, nadat
ik verleden jaar jouw verhaal van mijn zus Corry kreeg, ik heb ze toen
opgeschreven en er kwamen steeds meer bij en nu nog heb ik aangevuld, naast
degenen die al in jouw verhaal voorkomen: José Boekhoff, Reinie van
Lier, Ineke Jonker, Lieneke van Dijk, Dolly Mothorst, Elsje Kouwenhoven
(Kaldenhoven?), Irene Krook, Irene Kraak, Nel Pekelharing, Diny Huizinga,
Hanneke Hageman, Hetty Kappert, Mary Verhoeven en Carry Verhoeven, Greta
Keizer, Marijke Klop, Atie Poiesz, Fietje Boonemmer, Henny Mulder, Edith
Snijder, Ingrid Lipla, Thera Huizing, Carla Esmeyer, Jeanne Horstman, Carla
Spieker, Hennie Preker, Joop Hodde, Han Oudshoorn, Henk Prent, Jan Overdijk,
Hans Molema, Cor de Pijper, Gerrie de Gooijer, Chris Bakker, Wim Bernard,
Ger Langezaal, Rudolf Keizer, Theo van het Riet en Rudi van het Riet, Henk
Brouwer, Kees Bol, Kees Hardonk, Gerard van Woerkom, Menno Staneke, Frans
Everts en Willem Everts, Jan van de Broek, Theo van Duivenbooden.
De heer en mevrouw Michels waren concierges, mevrouw Michels had een behoorlijk
stemgeluid. Juffrouw Ket was onze handwerkonderwijzeres.
Ik weet nog wel wat namen, maar dan van leerlingen die bij mijn zusters Corry
en Willy in de klas hebben gezeten:
Truusje van Toorn, zusje van Willem (haar vader zat altijd in de kleermakerszit
op een tafel in zijn winkel, want ik ben daar wel eens binnen geweest, en in
de etalage lagen posters van Esperanto), Greetje Tavenier, Bea Hageman, Dick
Hageman en Han Hageman (neven van Hanneke en Bea Hageman), Alie van de Water,
Klaas Broodwinner (zijn vader had het winkeltje op de hoek), Tonnie Bernard (†),
Jopie (later heette ze Joke) Ammerman (†), Ellen Ieriks, Wim van
Vliet (is nog steeds een vriend van mijn man en mij) en Eddy van Vliet (†),
Regina Oosterink en Astrid Oosterink, Willy Wiersma, Joke de Bruin en Elly de Bruin,
Trudy Kahlé, Greetje Brunekreef, Adrie Vinju, Loekie de Bok, Bertie van
de Water en Fred van de Water, Rietje Blankenzee en Wiebe Blankenzee (†),
Hayo Krabbenbos, Manna Kommer, Wim van Waveren (daar hebben we af en toe nog
wel contact mee), Nel Torenstra (daar heeft Corry nog contact mee) en Lenie
Torenstra (†), Rebecca Brunekreef, Ineke Bulk, Atie Minnema,
Greetje Beekman, Rob Stapelkamp, Loes Eveleens, Greetje de Goede, Wim van
Duivenbooden, Loes van de Elst, Henny Delhaas, Hans Elderman, Liesje van Duijker,
Wiesje Wendels, Wim Rus.
Ja, het verhaal van Jan van den Berg is waar. Ik was zijn vriendinnetje. In
het speelkwartier zaten de jongens altijd de meisjes achterna, o.a. een keer
met een houten ratelslang, dat was rennen hoor en dat al in de eerste klas.
Met mijn zussen Corry en Willy ben ik ook naar de reünie geweest, dat
was leuk hoor!
Van mijn zus Corry heb ik het boek "De Rivier" van Willem van Toorn gekregen.
Ik heb het in één adem gelezen. Wat moet dat leuk zijn om zo
de beschrijving over je vader te lezen. Voor mij zijn veel beschreven situaties
herkenbaar, ik ben weliswaar jonger dan Willem van Toorn. Mijn ouders kwamen
in 1942 van Vlaardingen naar Amsterdam, hier in Mokum kon mijn vader werk
vinden en vanaf 1943, nadat ik in de Chasséstraat was geboren,
verhuisden zij naar de Postjesweg boven de ijzerwinkel bij de Hoofdweg.
Willem beschrijft heel gedetailleerd het huizenblok, waar hij woonde, dat
was op de Postjesweg tussen de Hudsonstraat en de Columbusstraat.
Net om de hoek van de Postjesweg, in de Columbustraat 1 woonde het
oudere echtpaar Blees. Op zondagavond was bij hen thuis de radioluisterclub
van de NCRV/IKOR ("Dat ons loflied vrolijk rijze"), waar Corry en ik dan
heen gingen en Wim van Waveren speelde daar op het orgel. De familie Blees
heeft in de oorlogsjaren onderduikers in huis gehad en deze mensen zijn
allen de oorlog doorgekomen, dat heeft mevrouw Blees ons later verteld en
zij heeft ook laten zien waar de mensen verborgen zaten.
Later (op de avond-vwo) heb ik het boek "Hersenschimmen" gelezen van Bernlef,
hij wordt ook in het boek "De Rivier" genoemd, hij woonde in de buurt van
de Postjesweg en hij beschrijft o.a. ook personen van de Postjesweg, die ik
herkende.
Ik heb vanaf 1953 (net na de watersnoodramp) tot bijna 1973 op het koor
Zanggenot (wie niet?) gezeten van Van der Togt en later waren er andere
dirigenten, eerst op het
kinderkoor,
daarna op het jongedameskoor en later op het gemengd koor. De uitvoeringen
in het Concertgebouw waren altijd een feest.
Naast het koor van Van der Togt zat ik ook op een jeugdkoor in Amsterdam-West.
Het was geen kerkkoor, maar we oefenden in de Jeruzalemkerk en Wim van Waveren
is jarenlang voorzitter van dit koor geweest, en veel bekenden van de o.a.
de Pieter Oosterleeschool zaten op dit koor. Wij (mijn man en ik) hebben
nog steeds een hecht clubje vrienden hieraan overgehouden, bijna niemand
woont meer in Amsterdam.
Na de Pieter Oosterleeschool ben ik naar de Mulo gegaan, de Willem Hovyschool
in de Jan van Riebeekstraat. Ik heb twee keer de eerste klas gedaan, daarna
de tweede klas en ik was overgegaan naar de derde klas, ik wilde van school
af en ik wilde werken. Aan deze Mulo heb ik niet zo'n fijne herinnering,
misschien was de overgang voor mij te groot, de Pieter Oosterleeschool was
een fijne school en op de Willem Hovyschool ging het er zo gereformeerd aan
toe en werd je zo kinderachtig behandeld.
In 1980, toen mijn man en ik in Utrecht woonden, ben ik 's avonds - naast
mijn volledige baan - mavo, havo en vwo gaan doen. Ik was toen veel
gemotiveerder.
In augustus 1958 ben ik begonnen met werken, ik heb heel veel banen gehad
en heel veel leuke mensen ontmoet. Ik bewaar ook daaraan fijne herinneringen.
Eind maart 2006 zijn mijn man en ik eerder gestopt met werken. Ik heb bijna
48 jaar en mijn man 47 jaar gewerkt. Ik ben sinds maart jl. een
AOW-er en dat bevalt uitstekend!
Ik zeg nu nog dikwijls tegen mijn thans 97-jarige vader dat ik blij ben dat
mijn ouders naar Amsterdam zijn verhuisd, het is een geweldige stad en ik
heb op de Postjesweg een heel fijne jeugd gehad. Maar ik heb meer fijne
herinneringen in Amsterdam-West liggen.
Reactie van Piet:
Ria, wat een geweldige aanvulling op de "namencollectie" van toen! Ik moet
echter eerlijk bekennen dat veel ervan mij niets (meer) zeggen en dat ik
zelfs op foto 2 lang niet alle gezichten herken, laat staan ze met de
bijbehorende namen kan associëren. Maar ja, niet iedereen heeft zo'n
ijzersterk geheugen...
| lenie fakkeldij |
Lenie Geerlings - Fakkeldij: Herinneringen aan de Pieter Oosterleeschool
23 november 2006

Na de kleuterschool (in de Arubastraat) heeft mijn moeder mij naar de Pieter
Oosterlee gestuurd. Waarschijnlijk uit gemakzucht - we woonden in de van
Spil - want we hadden niks met het geloof. Op de kleuterschool was ik al
van de benedenverdieping naar de 1e gepromoveerd, maar nu kon ik weer opnieuw
laag beginnen en was ik weer een van die kleintjes.
In 1951 kwam ik op de Pieter Oosterlee bij juffrouw Sinner in de klas. Het
ging er allemaal anders aan toe dan op de kleuterschool. Die bel, gedragen
door twee of drie leerlingen, en dan in de rij staan. Soort bij soort.
Op de binnenplaats konden de twee of drie fietsen gestald worden van de
"rijke leerlingen". Verder kwam je er nooit want het speelkwartier was buiten.

Mijn rapport was heel mooi, behalve Nuttige handwerken: dat was maar een 6½.
In de 2e klas heel even bij juffrouw Beertema gezeten, daarna bij juffrouw
Houtman. Veel weet ik hier niet meer van. Weer mooi rapport en Nuttige
handwerken was nu een 7.
In de 3e klas weer even juffrouw Beertema daarna juffrouw Stoffelsma; ook
hier blanco. Weer mooi rapport. Nuttige handwerken bleef een 7.
De 4e klas werd weer juffrouw Sinner. Inmiddels was de aversie tegen "de
overkant" gegroeid. Rare lui, die katholieken. Ik wilde zelfs na 4 uur
niet aan de overkant lopen.
In die tijd werd me - in de rij - verteld dat er iemand verliefd
op me was. Ik groeide gelijk een paar centimeters. De wereld zag er opeens
anders uit.
Leuk vond ik altijd slagbal met rondjes op het plein voor de kerk. Bij mooi
weer gingen we met gym altijd naar buiten. Er moesten altijd 2 groepen
gekozen worden en altijd die spanning om er zo snel mogelijk bij te horen.
Mafalda Koppels was altijd de favoriet - die meid kon rennen! Meestal
werd ik als 4e gekozen.
Er was ook een leerkracht die thuis nog extra bijbelles gaf. Ze woonde op het
Surinameplein. Gelokt door eieren: elke keer als je kwam werd er een groter
eitje achter je papieren eitje geplakt; je begon met een ei van 3 cm.
Ze beloofde dat met Pasen het papieren ei ingewisseld zou worden voor een
chocolade. Hebberig als ik was kwam ik trouw elke week en mijn ei was met
Pasen zo'n 30 centimeter groot. Vol verwachting naar de laatste les,
maar naar huis met een chocolade ei van... 3 cm. Ik ben nooit meer
geweest. Mooi rapport: Bijbelse Geschiedenis een 9. Nuttige handwerken
een 7.
In de 5e klas deed meneer van Bommel zijn intrede. Een leuke vent met
allemaal krulletjes. Hij was niet zo'n stijve hark. Zijn vrouw was ook
onderwijzeres. Ik denk dat zo'n beetje elke leerling met ze wegliep.
De rest van de 5e bij haar gezeten.
We zaten op zolder in het 2e lokaal, dus als we van buiten kwamen moesten
we altijd het 1e lokaal door. Ik werd daar altijd zo zenuwachtig van, want
je moest heel rustig zijn, dus ik kreeg prompt de slappe lach. Weer mooi
rapport. Nuttige handwerken weer een 6.
De 6e klas. Jawel: de opleidingsklas van meneer v.d. Togt. Er moest
dus ook nog een "gewone" 6e klas zijn. Ik zat op de eerste rij en kreeg
lekker altijd die sigarendampen over me heen... Aan deze klas en de 5e heb
ik de meeste herinneringen. Wel weet ik dat er in mijn hele schooltijd op
school nooit rare dingen zijn gebeurd - we waren zo braaf! Ik kan me
niet herinneren dat er iemand gepest werd. We fietsten veel naar Halfweg
of naar Zandvoort. Het afscheid van de 6e klas werd gevierd in de gymzaal.
We mochten toen stoeltjes lenen van de katholieken; ze kwamen ze nog brengen
ook! Mijn hele 6 jaar aversie tegen die lui verdween als sneeuw voor
de zon; ze waren zo aardig!!
Namen van klasgenoten: Stella Krabbenbos, Hannie Kind, Rietje Hoogerwerf,
Lucia Burger, Eddie Naaktgeboren en de tweeling Frans en Evert. Sommige
heb ik op de reünie weer teruggezien. Ook het echtpaar van Bommel
was aanwezig en had aan populariteit niets ingeboet. We zijn nog met een
paar de hele school doorgelopen, ook naar de zolder - opeens was je
weer 11 jaar.
Mijn rapport was natuurlijk weer erg goed, behalve Nuttige handwerken: nog
steeds een 6. En ik kan nu nog steeds niet nuttig handwerken...
| jan overdijk |
Jan Overdijk
23 juni 2008
Beste Piet,
Ik heb alleen in de 6e klas bij vd Togt op de Oosterleeschool gezeten,
omdat we vanuit Vlaardingen pas in 1954 in Amsterdam kwamen wonen. Wij
woonden in de Curacaostraat, slechts één straat van de
tuinderijen verwijderd. Ik kan me de overlaat aan de Postjesweg voor
de groenteschuiten nog goed herinneren. Van de namen uit de klas zijn
mij bijgebleven: Ria Ruisaard, Irene Krook, Ger Langezaal, Han Oudshoorn,
Carla Spieker, Nel Pekelharing. Aan de klas en aan het wonen in Amsterdam
heb ik erg prettige herinneringen. Er zat ook bij ons in de klas of in
een van de andere klassen de zoon van een bekende banketbakker op de
Postjesweg; hij kon goed accordeon kon spelen, maar zijn naam wil me
helaas niet te binnen schieten.
Reactie van Piet:
Jan, die "zoon van een bekende banketbakker" was Attie Verburg. En de
bakkerij zat niet aan de Postjesweg, maar aan de Hoofdweg, net om de
hoek van de Postjesweg.
| greetje tavenier |
Greet Lens Buhrer - Tavenier
14 juni 2010
Beste Piet,

Heel toevallig kwam ik op je site terecht en dat resulteerde in urenlang
alles lezen wat er is geschreven door heel veel schoolgenoten. Het leukste
vond ik natuurlijk dat ik alle namen voorbij zag komen uit mijn klas, maar
ook van mijzelf.
Ik heb bij Corry Ruisaard in de klas gezeten; sterker nog: we speelden
meestal wel in het speelkwartier met elkaar. Klaas Broodwinner, daar
woonde ik tegenover en daar zat ik ook bij in de klas; en zijn latere
vrouw Astrid, daar woonde ik naast. Bij Attie Verburg zijn ouders die
Modehuis Desiree hadden (zijn vader had de banketbakkerij, zijn moeder
het modehuis) heb ik 11 jaar lang als verkoopster gewerkt, dus ik zou
het heel leuk vinden om daar ook nog iets van te horen. De banketbakkerij
hebben ze overigens later verkocht, maar die ging vanwege de klandizie
onder dezelfde naam verder.
En het was heel leuk om je vader op de foto's te zien, want in klas 5
en 6 heb ik bij hem in de klas gezeten. Vroeger was ik een beetje verliefd
op hem, want hij kon zo mooi bijbelverhalen vertellen, zodat je het helemaal
zag gebeuren.
Hierbij ook nog een
foto van de kleuterschool,
met o.a. Juffrouw Schulpzand, wat inderdaad een hele lieve juf was. Later
kwam ze zelfs nog wel bij Modehuis Desiree.
Reactie van Piet:
Nooit geweten dat Desiree ook van Verburg was. En misschien ben ik niet
de enige die dat niet wist.
| wie volgt? |
Niemand meer. Onder normale omstandigheden zouden meer herinneringen aan
de Pieter Oosterleeschool en de andere scholen waar ik op heb gezeten van
harte welkom zijn. Maar hoe jammer ik het zelf ook vind, door persoonlijke
omstandigheden is het helaas niet meer mogelijk om contact met me op te
nemen. Deze pagina is dus qua inhoud "cast in concrete".
(terug) naar de
"mijn schooltijd" pagina